woensdag 3 augustus 2011

Groentje

Elke keer als ik boodschappen ga doen, kom ik het tegen. En elke keer word ik er vrolijk van. Ik neem mijn fietstas mee. Een handig ding, al moet ik toegeven dat de aanschaf ervan door mij toch een tijd wantrouwend is bekeken en uitgesteld. Voor mij viel het onder het kopje ´ouderen´, wat al gevaarlijk dicht in de buurt komt van wat we vroeger ´bejaarden´ of ´ouden van dagen´ noemden. Een term die de lading wel dekt, maar voolopig geef ik toch de voorkeur aan een wat eufemistischer woord, misschien komt dat door een jeugd die die leeftijd associeerde met donkere jurken, wandelstokken, afzakkende nylonkousen, pruimtabak en onduidelijke lichaamsgeuren. Niet met sportschool, leuke stedentrips, kortingen, vrolijke maandbladen enz.
Ik dwaal af. Wanneer ik in de supermarkt mijn boodschappen bij elkaar heb en ze afreken bij de kassa, open ik alvast van tevoren de fietstas zodat ik rap alles keurig kan rangschikken. De wat onhandige dingen leg ik apart, zoals fruit, keukenrol, toiletpapier en flessen fris. Onderin die tas ligt een andere. We hebben die meegebracht van onze reis in Scandinavië, laatste winter.
In Lillehammer(Oost-Noorwegen) zagen we een leuk winkeltje. We liepen naar een Openluchtmuseum, maar in de winkelstraat lokten leuke etalages van mooie winkels. Dus die ´sloegen´ we op in ons brein, voor de namiddag. Een winkel trok onze bijzondere aandacht. Buiten de prachtige producten, hing er aan de gevel een complete arreslee met rendier. Die hoorde bij de Kerstman, het was immers Juletid(kersttijd)
Later die dag togen we terug naar die plek en we wilden net naar binnen gaan, het was al aan het schemeren, teon er opeens een echte arreslee dwars door de winkelstraat aan kwam glijden, wel met een paard ervoor en vrolijke mensen er in. Vervolgens nog eentje. Ik nam maar aan dat enige alcoholinname de stemming enorm verhoogd had...maar een mooie gezicht zeker!
We openden de winkeldeur en stapten binnen. Enigszins teleurgesteld raakten we wel, want alles was voor Barne(kinderen). Vrolijke mooie dingen, dat wel, maar ja...niks voor twee heren van wat gevorderde jaren zonder kroost. De winkeldame kwam ons stralend tegemoet en dirigeerde ons naar boven, want daar was ook 'van alles leuks te vinden'..We sjokten zonder veel zin de trap op, verwachtten er niet veel van. Edoch, al op de trap viel ons oog op een brievenbus, knalrood, klein en met het oprschrift 'God jul', wat zoveel als Fijne   kerst betekent. Dat hoef je tegen Fred maar één keer te zeggen, voor hem is Kerst het absolute hoogtepunt van het jaar en het toch al geweldige winterseizoen. Die man komt pas helemaal tot zijn recht als er sneeuw ligt, de boom staat, de kaarsen branden, de kerstmuziek te horen is en de warme chocolademelk en eigenbakken koekjes hun geur door het hele huis laten verspreiden...
Een paar meter verder vonden we nog zo'n exemplaar, ik bedoel de brievenbus, maar dit maal wat groter en met de opdruk Post er op. Die viel bij mij in de smaak. Na enig gebakkelei besloten we onze impasse te doorbreken en beide aan te schaffen. We lagen zelf al in een deuk, want we moesten nog een heel eind reizen en het zou een aardig pakketje worden en niet mogen beschadigen. De winkeldame pakte ze fantastisch in, ze moest wel lachen en we kletsten nog wat na. Vakkundig werd het spul omgetoverd tot een wat saai pakket en verdween, na betaling in een chique papieren tas met van die gedraaide papieren handvaten. Iedereen ziet dan dat je bij een kwaliteitszaak gekocht hebt, maar jij bidt en hoopt dat je de parkeergarage nog haalt voor een van die leuke handvaten los schiet en het goed over de stoep dondert en je er zelf over struikelt...
Maar we haalden het hotel zonder kleerscheuren. Toch dachten we meteen na over een andere tas.
De volgende dag gingen we op zoek. We waren meteen na het ontbijt vertrokken, onderweg naar het station. En we wisten zeker, dat we de goeie maat tas hadden gezien, een geinig Expomodel, waar die krengen moeiteloos in pasten. Toch vroeg ik even na bij de supermarkt vlakbij of ze iets voor ons hadden. Mijn Noors is nog niet goed, maar met engels en gebaren kwam ik waar ik wezen moest. Het totaal ongeínteresserde jongmens voorin, stuurde me naar achter, waar ik een blonde schone dame vond. Ze riep naar voor, wat ik voor iets was. 'Tysk', zei de jongen. 'Duits', ik voelde meteen een aandrang om het recht te zetten, maar bedacht dat dat teveel tijd zou kosten en we wilden én een andere stevige tas én op tijd de lange straat door om de trein te halen. Vele winkels verder nog niks...
Op de hoek van de straat, waar wij rechtsaf moesten, was nog een supermarkt. De uiterst vriendelijke kassa-juffrouw liet me een tas zien, die voor een luttel bedrag gekocht kon worden. Ik legde het probleem uit en ze zei dat ik rustig even buiten uit kon proberen of het ging en als niet, dan weer de tas terug kon geven, zonder te betalen zelfs! Kijk, daar hou ik van. Het ding was fantastisch. Een synthetisch vouwgeval, knal-groen, net zoals het logo en de winkel, die KIWI heette. Ze hadden het beter GRANNY kunnen noemen, maar goed! Ik betaalde het meisje, lachte mijn breedste lach en vertrok, helemaal gelukkig. En het mooie is, dat ik nu elke keer als het groene tasje tevoorschijn haal, weer dat gezicht van dat meisje zie en de vriendelijkheid voor de geest haal van haar tegenover een 'rare' buitenlander, die haar iets vroeg zonder verder iets te kopen op een vroege zaterdagmorgen. 
'En pose her og en pose der...' staat er op. Ik heb het net vertaald. Een zak hier en een zak daar...kijk, dat is nou jammer! Want dan moet ik weer aan die kwal van de andere supermarkt denken, die te lui was om zelf te lopen en mij als Duits bestempelde. Maar ik geef er niks om! Lang leve de Kiwi en het meisje dat het wel snapt, zelfs op een zaterdagochtend!

2 opmerkingen:

  1. Hahaha, heerlijk hoe jij altijd enthousiast kunt vertellen. Leuke herinneringen bij zo'n alledaags ding als boodschappen doen.
    Hebben jullie nu ieder je eigen brievenbus voor in de tuin staan?;)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Nee, mijn grote brievenbus hangt te pronken aan de muur naast de voordeur. Die kleine moet nog een plek krijgen. Tegen Kerst verwacht ik, ergens binnen. Toch niet voor niks gesjouwd.

    BeantwoordenVerwijderen