dinsdag 13 december 2011

Lezen

In de bieb had ik een stapel boeken meegenomen. Erg tevreden stapte ik weer naar buiten. De ene keer kan ik maar niks vinden, een andere keer kom ik met een flinke buit weer naar huis. Nadat ik een erg saaie biografie aan de kant had geschoven(in tegenstelling tot vroeger ´hoef´ ik die niet uit te lezen van mezelf als ik er niks aan vind), zat ik in no time te genieten van de belevenissen van een vrouw, die twee jaar in Mongolië woonde. Als kind fantaseerde ik over vreemde culturen en volken. Hoe zou het zijn om als een Chinees door het leven te gaan, b.v. door zulke spleetogen de wereld te bekijken, altijd met stokjes te eten of het rode boekje van Mao Zedong op zak te hebben? Maar ook vroeg ik me af hoe het was om met paard en wagen rond te trekken zoals zigeuner deden, een moeder te hebben die met haar zusters en nichten wild dansten, terwijl hun mannen en zonen de viool bespeelden met opzwepende muziek en de paarden briesten in de buurt. En wat te denken van Bedoeïen(eigenlijk moet je zeggen Bedoeïn, want dat is al meervoud) die op lome kamelen door zinderende hitte een enorme kattenbak doorkruisen met fata morgana´s, terwijl ze af en toe hun geitenleren zwarte tenten opzetten en zoete thee drinken op handgeknoopte tapijten? Hoe zou dat ruiken zo dicht bij de kamelen, Hoe wassen ze zich? Of hun kleren. Hoe vinden ze in Godsnaam hun weg door de onmetelijke woestijn. En hoe voelt het om in een kring te zitten onder een diepblauwe hemel, bezaaid met sterren, met de smaak van platte in kuilen gebakken broden nog in je keel? Ook dacht ik aan kleine mensen die langs zeer smalle paadjes enorm hoge bergen beklommen met achter zich aan lama´s. De kleurige kleren en gekke hoedjes er boven. Of aan de Mexicanen die tijdens de Dodendag altaartjes oprichten met veel afrikanen, goudsbloemen en dahlia´s en lang koken om vervolgens met zijn allen te eten op de graven van geliefde gestorvenen. En vissers in Polynesië die op lange smalle boten de oceaan op gingen om er te vissen. Hun tattoëringen die met schijnbaar primitieve werktuigen aangebracht werden. En hun dansen met ritmisch getrommel...de vrouwen met prachtige donkere haren en een achteloos bevestigde bloem aan hun oor. De met as besmeurde Indiër die totaal onthecht ergens zit in zijn blootje, terwijl erg rijke mensen passeren, bedelaars en gehandicapten en er ook nog lijken aan de oever van de rivier verbrand werden. En dan de Eskimo´s(eigenlijk een scheldnaam of tenminste denigrerende benaming) die zeehonden vangen en van elk beest de hele boel compleet gebruiken. En die naakt onder huiden slapen in hun sneeuwhut, maar wel eerst hun body insmeren met urine. Fris is anders, maar zo met een hele familie aan elkaar geplakt, terwijl buiten een enorme witte vlakte ligt, zonder enig oriëntatiepunt...Hun vrouwen die dagenlang op huid kauwden om die soepel te maken en zonder te zeuren hun kind in een soort draagwieg op de achterkant van hun anorak meesjouwden. En toen waren er nog pygmeeën in donker Afrika, waar nauwelijks mensen doordrongen. Ze reikten amper tot een blanke mans borst en met kroeshaar. En nog kannibalen, brrrrr.....
Maar goed, terug naar het boek. Ik zat dus genoeglijk in bed, onder een warm dekbed, lekker tegen mijn kussen, ondertussen mijn geest mijlenver weg, op de steppe van Mongolië. Mijn romantische kinderdromen over daar ooit te mogen zijn en het zelf te beleven, aanschouwen, proeven, ruiken, aanraken in mijn achterhoofd. Al snel ging het verhaal weg bij de ger(niet de joert) waar enkele nomadefamilie´s nog huizen en in Ulaan Bataar. In de hoofdstad heerst armoede(o.a.) en kruipen de straatjongeren ´s nachts onder de grond om zich tegen de warme buizen van de stadverwarming te koesteren. Overdag is dan weer een ander verhaal. De schrijfster verhaalt, terecht, over onderwijs of het gebrek er aan, over rijkdom, over handel en over feesten, verliefdheden, culturele ontmoetingen, worstelen enz. O ja, en over het legendarische paardenras dat typisch Mongools is.  Een boeiend geheel en mooie waarnemingen. Kortom een boek wat je ´opvreet´. Ik ga ook zeker kijken of ze nog meer geschreven heeft. Aanrader.
Het is geschreven door Jannie Regnerus en de titel is ´De volle maan als beste vriend´. Het onopgesmukt relaas heeft mijn verdriet om het loslaten van  mijn overdreven beeld van het land verzacht. ..


2 opmerkingen:

  1. Heerlijk om zo weg te dromen!! Je fantasie de vrije loop laten over "wat had kunnen zijn" als je ergens anders of op een ander tijdstip geboren was.
    Ik vond vroeger kruistocht in spijkerbroek altijd een fascinerend boek, gewoon in zo'n machine stappen en tijd en plek instellen en gaan met die banaan. Ben in my dreams echt al overal geweest ;)

    Altijd indrukwekkend om te lezen over andere culturen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Js, lekker he? DAt is zo heerlijk aan dromen en lezen, gewoon overal naar toe waar je maar wilt in afstand en in tijd. Je eigen ingebouwde reismachine. En het opent je blik voor andere culturen, religie´s, kunst, eten enz. Nooit weg..

    BeantwoordenVerwijderen