maandag 14 januari 2013

Gewoon een zondag

Ik had het niet zien aankomen. Gewoon ´n zondag Op weg naar oma.
In de keuken liep iedereen rond. Mijn oma zat voor het raam. Opa aan de andere kant van de tafel.
Ik stond bij het aanrecht en bewonderde de vreemde groene kleur op de deuren.
Tante roerde door de soep. De jongste zus van mijn moeder droeg een bloemenrok met een wit bloesje erboven. Haar blonde haar viel in lange lokken over haar nek. Wat hield ik van haar. Dat wist ook iedereen in de familie. Hoe vaak had ik al niet gezegd? Als ik groot zou zijn, ging ik met haar trouwen. Dan kon ik voor altijd bij haar zijn. Ze rook ook heel lekker, maar dat had ik nog nooit aan iemand verteld. Ik wist ook zeker dat ze van mij hield, want ze knuffelde me altijd. En soms knipoogde ze naar me van een afstandje. Of ze nam me op schoot met haar armen om me heen. Dat kon nog net, want ik was al bijna 4 jaar...
Er ontstond onrust in de keuken. Tante streek haar lokken achter de oren. Opa lachte. De koekoeksklok kondigde aan dat het twee uur was. Het vogeltje floepte twee keer naar buiten, voor het weer verdween in zijn huisje. ´Daar komt ie aan´, zei oma en ze keek zo normaal mogelijk. ´Zet de kopjes maar klaar.´ 
Een kakofonie van stemmen. De deur ging open. Een man met blonde krulletjes verscheen. Zijn haar was kort en hij keek streng uit zijn ogen.Ik vroeg me af of de koekjestrommel nog uit de kast zou komen vandaag. Oma had altijd zulke lekkere koekjes maar soms vergat ze dat. Vooral als er veel mensen rond liepen.Ik was er niet zeker van, die dag. Zou wel niks worden en ik mocht er niet naar vragen van mijn moeder. 
En toen hoorde ik wat ik nooit wilde horen. ´Verloofd´. Wat een raar woord! Iemand zei dat die krulletjesman ging trouwen. Met MIJN tante! 
Ik weet niet waar het vandaan kwam. Het was er gewoon, onder in mijn buik ergens...Het bloed vloog omhoog. Mijn hoofd suisde er van. En zo stond ik ineens voor hem, die rare reus, die gemene indringer.
Mijn voeten schopten tegen zijn benen. Ik brulde en gilde. Mijn vuisten sloegen hem. Ik beukte tegen zijn lijf. Ik wist niet wat ik deed, maar ik was razend. 
´Nee, nee!¨krijste ik van boven uit mijn longen. ´Ze hoort bij mij! IK ga met haar trouwen. En niemand anders. Weg, weg.´ Mijn keel deed zeer. Ik sjorde aan zijn broek. 
Om mij heen begon iedereen te lachen. Ze schaterden voluit. Dat maakte me wild en met hernieuwde kracht klapte ik opnieuw tegen de benen van die stomme vent. 
Het was mijn tante zelf die me beet pakte en me mee naar buiten nam. Daar huilde ik hartverscheurend. Ze droogde mijn tranen. Ze troostte me. Maar het was zinloos. Ik voelde me verraden. Nooit zou het meer worden zoals het was. Niemand die het snapte. Ik was alleen. En zelfs tante...niet langer vertrouwd. Voor altijd een vreemde...ik kon niemand vertrouwen...zoveel was duidelijk. Geen zoete geur meer, geen zachte armen. En ook de koekjestrommel kreeg ik niet te zien, die dag. Dat had al een teken moeten zijn.

2 opmerkingen:

  1. Ahhhhh, een heus drama voor zo'n klein jochie! Kan me voorstellen dat je die meneer "aanviel". En dan ook nog geen koekje krijgen. Wreed die volwassenen!
    Hoop dat het toch nog goed is gekomen en dat je tante je nog vaak geknuffeld heeft!

    Groetjes José

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ha die Robert, eens een keer officieel reageren. Wat hartverscheurend! Geen wonder dat het zo in je geheugen is blijven hangen. Waarschijnlijk nam je je voor om nooit meer verliefd te worden?
    Groetjes Karin

    BeantwoordenVerwijderen