vrijdag 2 maart 2012

Ontdekkking


Die morgen had ik de honden uitgelaten. Ze hadden al met hun speeltjes gespeeld en ik wilde rust. Ik besloot geen Koffietijd te kijken, de computer te laten voor wat ie was en mijn brein te laten werken door het lezen van een boek. Dus trok ik het kussen van onze viervoeters binnen mijn gezichtsveld en  legde mijn boek en leesbril klaar, naast de grote fauteuil die uitnodigend in de hoek klaarstond. Het dirigeren van de honden op het kussen op de ongewone plek kostte enige energie. ´Af´, zei ik tegen de jongste. Ze zeeg weliswaar in een nonchalante gebaar naar onder, maar bleef hardnekkig zitten, haar koppie met de aandoenlijke ogen naar mij gericht. ´Nog affer´, commandeerde ik vanaf mijn zitplaats. ´Helemaal afst.´  Ze deed het. Maar als snel dreigde ze weer rond te draaien om de andere viervoeter te gaan vervelen met likken in de oren, kwansuis in de oren of nek bijten of meer van dergelijke onzin. ´Mot  eech bie deech komme? Loestere, dinktjer aan!´ Naast de gebruikelijke, helemaal gramaticaal kreupele brabbeltaal die ik graag bezig tegen ons kroost, bedien ik me van de Limburgse taal uit deze streek. Ik vind dat volkomen legitiem, het eerste op basis van mijn functie als pleegvader, het tweede op basis van mijn allochtone rol in deze provincie. Bovendien zijn we het zo gewend.
Even later was ik mijn boek verzonken. De schrijfster Nilgün Yerli boeide me door allerlei onderwerpen aan te snijden en ik was het steeds roerend met haar eens. Het verbaasde me dat niet meer mensen het zo ervaarden eigenlijk. Ik zag vanuit mijn ooghoek onze ´dochter´ opstaan en sneaky naar mij toe bewegen. Voor ik er helemaal erg in had plaatste ze haar koppie op mijn benen. Met haar donkere ogen zorgde ze er voor dat er iets in mij smolt. Vervolgens kroop ze verder en plofte tenslotte met haar lijf op mijn schoot. Vanaf dat moment was ze niet meer aan het vleien. Ze had een houding die verraadde dat ze dat punt al voorbij was. Ze nam eenvoudigweg haar rechtmatige plaats in. Knappe jongen die haar er van kon verdrijven. Triomfantelijk keek ze naar haar ´broer´ die keurig lag te soezen op het kussen. Hij wel…
Alsof dat nog niet genoeg was, begon ze alles in zich op te nemen. Ze rook aan mijn broekspijpen, vervolgens mijn kruis, mijn armen en tshirt ter hoogte van mijn borst, overigens zo der van plek te veranderen. Ze likte langs mijn handen. Voorzichtig nam ze mijn vingers in de bek. Ze likte één voor één mijn vingers. En toen begon ze er in te bijten. Heel zachtjes langs de toppen schampte ze met haar tanden. Ze beschadigde niks, het deed niet zeer. Mijn vingers in die vochtige warme bek. Ze keek me een ogenblik aan. Ik liet haar begaan. Innig tevreden legde ze haar koppie op mijn borst. Haar pootjes schoven wat naar achter over het parket. Ook snuffelde ze nog aan het boek. Ik verschoof het wat, maar dat maakte het  alleen nog aantrekkelijker. Zij verschoof richting boek en door het geheel dreigde dat te verkreukelen binnenin. Ik stak het maar open tussen het zitkussen en de leuning van de fauteuil. Ze likte even aan de voorkant van de leuning. En zeeg op mijn schoot. Ik bekeek haar vacht. Ze stond te boek als blond. In haar nek leek het of die vacht nat was geweest. De haren zaten in plukken met dunne rillen er tussen. Aan de bovenkant leek het roodachtig, naar beneden toe veranderde de tint naar roodblond en op sommige plekken werd het blond. Aan de onderkant waren ook stukjes die bijna wit aandeden. Het geheel vormde een overweldigend mooie hond. Hoe ze lag herinnerde me aan onze vorige Labrador. Hij plofte met een nog groter lijf op mijn schoot. Heerlijk! Ik streelde haar vacht. Zacht maar stevig, precies goed. De labrador heeft een ondervacht en drie soorten haar. Het geheel is bedekt door een laagje vet en is met geen enkele andere hondenvacht te vergelijken, wat mij betreft. Ze hief haar kop en begon weer met likken van mijn handen. Ik liet haar even. Toen maakte ik van mijn hand een vuist, zodat ze niet aan de vingers kon. Ze begon haar poten te gebruiken en krabbelde over mijn hand. Ik fluisterde tegen haar dat ze dat niet mocht en dat dat pijn deed. Nou ja, een beetje dan…Ze keek me met haar verdraaide koppie aan en trok haar ooglid wat op in een geste van verbazing. ´Wat zeg je me nou, nee toch…?´ Ook dit is des Labradors. Vervolgens ging ze weer vredig liggen. Ik realiseerde me dat dit hemels was en gaf me over. Ik sloot mijn ogen. Als in een visualisatie zag ik allemaal kleine luchtbellen. Er in zaten onderwerpen. Eentje met het teken van de zakkende AEX-index,rood pijltje naar onder. Eentje met de stijgende werkeloosheid 545.00. Eentje met het begrotingstekort voor 2013 4.5 %. Ze zaten veilig ingekapseld en dwarrelden door de lucht en zo langzaamaan verdwenen ze. Ik keek ze verrast na. Toen ik mijn ogen openden, bedacht ik me dat die onderwerpen er helemaal niks toe deden. Hier te zitten met onze hond op schoot, die likte aan mij en aan de fauteuil, was veruit belangrijker. We hadden pas besloten dat we ons niet meer druk zouden maken om die dure meubelen of om het hoekje in de kamer waar ze stukjes kalk vanaf liepen omdat ze veels te wild naar de keuken stormden. Hoe zei mijn moeder het ook weer? O ja, het huis is er om mij van dienst te zijn, niet ik om het huis te dienen. Het maakt ook allemaal geen donder uit. In het verleden had ik diverse boeken gelezen.  Vele cursussen gevolgd. Hele drommen middelbare dames die op gezondheidsandalen(ik noemde het altijd ´eendenpoten´) cursussen deden ter verlichting over diverse onderwerpen. Met sterrenmixthee in de ene hand en macro-biologische hapjes in de andere hand(ik noemde het altijd macro-idiotische hapjes) bestookten ze elkaar met semi-wijsheden die ergens opgedaan hadden of gelezen,onderwijl zuur kijkend of er niemand deze wijsheid in twijfel ging trekken. Ze deden me altijd enigszins neurotisch en opgejaard aan. Ik dacht altijd dat hun mannen achtergebleven waren en heerlijk hele middag in het café gingen biljarten met vrienden of zwagers met pilsjes en geouwehoer, terwijl ze wat uit de muur trokken bij wijze van eten. Vier kroketten en een bitterbal. Of dat ze hele middagen speelden met hun modeltreinen zonder gezeur over koffie en dergelijke. Het konden ook minnaressen wezen, dat weet ik niet. En nu bleek dat dat allemaal niet nodig was. Een Labrador op schoot werkt evengoed. Dus weg met de Zenmeditatie, de voetreflexologie, de mindfullnes of biologische groentekweken op antrosofische basis.Zoek de verlichting elders.  Donder op met die Koffietijdonzin of Oprah. O nee, die is al weg. Neem gewoon een Labrador of een poes, ga zitten op een door de weekse dag en kijk, luister, voel wat er gebeurt. Láát het gebeuren, geef je over.  Doe niks, ben. En geniet. Gek he? De mens op zijn afst. Iets mooiers is er niet.

1 opmerking:

  1. Intens geluk of genieten zit in de kleine dingen des levens, of in jouw geval grote hondjes;)
    En meestal komen we daar pas achter als we al van allerlei crap hebben aangehoord of bekeken qua "goed in je vel zitten" ....
    Mooi accent heb je trouwens ... Allochtoon (hoe verzin je het hahaha).

    Groetjes José

    BeantwoordenVerwijderen