woensdag 28 maart 2012

Langs de lijn

Onze blonde dochter noopt mij tot maatregelen die ik normaliter niet eens als mogelijkheid zou overwegen. Sinds kort zijn er voetbalwedstrijden op ons terras in de achtertuin. Ik noemde het eerst een lunch al fresco. Nou mooi niet. Dit is het scenario. Het is kwart voor 12. Ik bedenk wat ik wil eten, meestal drie sneetjes brood met thee of koffie..Ik haal eerst de achterdeur van het slot. Dan maak ik het klaar, nonchalant staande aan het aanrecht. Ik zet de mok of het theeglas  en mijn bordje op het kastje bij de achterdeur. Vervolgens zet ik een stoel voor de keukendeur, zodat ie open blijft staan. Onmiddellijk, als door een wesp gestoken schiet Pippi overeind, meteen gevolgd door GB Muffin. Ik schiet in de lach, open de benche en laat haar naar buiten. Muffin is dan uit zijn stoel gevlogen en het trapje af naar beneden. Voor de open keukendeur staat de nieuwsgierige Pippi te dralen. Ze wil super-graag naar buiten, maar achter de keukendeur bevindt zich een groot donker gat. In mijn mensenogen is het gewoon een donkerbruin trapje, maar dat ziet zij toch anders. En daarom stribbelt ze tegen als ik haar wil oppakken. Als ik haar omhoog heb, loop ik met haar het trapje af. De achterdeur door en het zonlicht in. Keten! 
Ik neem mijn lunch mee en ga zitten. GB Muffin sloft in de rondte. Pippi snuffelt aan de poort, de nieuwe tuinpotten. Ze likt eens over een kiezelsteentje, steekt het in haar bekt en kauwt er op. Dan spuugt ze het uit en kijkt me aan. Haar ogen verraden teleurstelling en dat ze mij dat verwijt...
Even later, als ik de tuin in tuur over het rode hekje met de witte punten, komt ze aanzetten. Ze is nog geen 10 maanden, maar ze klemt de grote voetbal in haar smoel. Het lijkt op een enorme witte baard, beetje bol van onder. Ze stapt parmantig in het rond. En kijkt me aan met een blik van ´Dat had je niet gedacht he?. Als ik niet reageer, loopt ze ´ongeïnteresseerd´ rakelings langs GB Muffin. Dat gaat even goed, dan springt ie overeind en gaat achter haar aan. Ze geeft de bal echter niet zo maar af.  Als hij dichterbij komt, draait ze net haar koppie met het ding weg, zodat ie misbijt. Dan doet ze het nog eens en nog eens. 
Ook als ik haar ´belaag´, flikt ze me dat. Ik buig mijn knieën, krom mijn rug, spreid mijn armen. Ik zie dan mijn eigen schaduw, dreigend als een monster in een zwartwit film, op de stoep, terwijl ik naar  haar toe sluip. Ze ligt prinsheerlijk languit met de bal klemvast. Als ik haar nader, gaat ze staan. Zo kan ze zich makkelijk wenden en draaien. Als ik de bal toch vast pak, met mijn twee handen, houdt ze die verbeten vast. Zij trekt er fanatiek aan, ik houd alleen vast. Haar ogen veranderen boven de bal. Soms hapt ze nog eens om de bal beter vast te kunnen pakken. Deze week beet ze daarbij ongewild in mijn duim. Ze kent haar eigen kracht nog niet. 
Als ik ophoufy met dit spel en weer ga zitten, besef ik dat het toch anders is dan met GB Muffin. Het verschil is evident tussen het gedrag van een teef of een reu. Onze lab is nog wel jong, maar toch.
Het is en blijft, ondanks eeuwen van fokken en kruisen een dier met de oude genen van de wolf in zich. Onze snoezige blonde meid met donkerbruine ogen en een opgeruimd karakter? Ja zeker. Een wolfin dient zich een plek te veroveren in de natuur. Een domein afbakenen, waar ze zich veilig voelt. Waar voldoende beschutting is en ook voedsel. Pas dan komt meneer Wolf aan de beurt en mag hij haar bespringen, zodat ze na enige tijd haar wollige kleine wolfjes ter aarde brengt. Die ze verzorgt, met hand en tand verdedigt, maar ook leert op eigen poten te staan. Om dit te bereiken, moeten de kleine schatjes spelen. Een soort van voetbal. Bij gebrek aan beter nemen ze een tak. Die pakken ze elkaar af, laten hem weer los, slepen hem naar een eigen plek.
Hetzelfde wat mevrouw Wolf zelf ook doet met haar prooi. Ze sleept die mee, bergt hem op voor het avondmaal en verdedigt die met hand en tand. Als de buurvrouw komt kijken of er nog iets te bietsen valt uit de provisiekast, dan zal mevrouw Wolf dat niet zomaar toestaan. Ze trekken en bijten, ze laten hun tanden zien, letterlijk en vechten het uit als een strijd op leven en dood. Wat het voor hen en hun bloedjes ook is.
Ik vrees dat het in het menselijke leven ook zo gaat. Een voetbalwedstrijd is een zwak aftreksel van dit natuurverschijnsel. Het zijn dan ook meest mannen die dit spelen. Maar ook vrouwen spelen voetbal. Als jongen was ik wel eens op bezoek bij een tante. Haar dochter en twee andere nichtjes van mijn oom speelden ook voetbal. Ik was daar geen grote fan van. Het lag me niet en ik hield er niet van. Dus speelde ik het vrijwel nooit. Die ene keer liet ik me verleiden. Mijn broer en andere neven deden ook mee. Maar daaar is het ook bij gebleven. De vrouwen spelen zo fanatiek. Ze schopten de benen onder je kont uit, zonder aanziens des persoons. Een man was gewoon hetzelfde voor hen op dat moment als om het even welke speler. Ze schopten je waar ze je raken konden, ook op de edele delen. Met andere woorden, je ballen waren bont en blauw, je schenen ook, je knieën bloeiden, je neus deed zeer en je had wat haar minder op je kop. Een wervelwind over je heen had minder schade aangericht. Het zal niemand verbazen dat die lieve nichtjes op vrij hoog niveau speelden. In Spanje en andere ´buitenlanden´. Mannen spelen heel anders. Technisch veel beter. Ze willen winnen, ze willen scoren. Als ze dat doen, denken ze dat ze in aanzien stijgen bij de vrouwen. Vrouwen laten hen in die waan en wakkeren dat gevoel aan, veelal.
Mannen zijn vaak technisch beter. Ze willen de bal in het doel trappen. Vrouwen niet willen de ander vermorzelen, verbrijzelen en onder het gras douwen. Dan nemen ze de prooi mee naar hun hol. Een klein verschilletje. Ze zijn daarbij veel slimmer, geraffineerder, verleidelijker en gewoon sterker. 
Ik zag het bij onze honden vandaag. Af en toe gooide of schopte ik de bal de verkeerde kant op. Liep Pippi vrolijk naar achter, dan legde ik de bal voor neer, waar GB Muffin was. Die pakte hem suffig op(hé een bal) en liep er mee rond, als een trofee. Als een speer verscheen Pippi(snel hersteld), draaide om hem heen en wachtte van alle kanten tot hij de bal liet vallen. Dan pakte ze hem vliegensvlug op, één keer zelfs door onder hem door het ding te grijpen en snelde de ander kant op. Ze draaide om hem heen, stootte hem aan met de bal en vloog weer weg. Knullige Muffin achter haar aan. Heel lief, dat wel onze ´grote broer´, zoals veel mannen. Zij was de kampioen! Onze jonge dochter. We gaan nog veel met haar beleven. Te beginnen met de voebalwedstrijden met boterham achterom. Jaja, ik ben ook een man, ik weet mijn plaats. Dank zij mijn dochter. Women rule the world. zelf in onze achtertuin.

1 opmerking:

  1. Mooie beeldende observatie!! ZIe het zo voor me ...
    Voetbal is oorlog zei Rinus Michels ooit, maar soms is het ook gewoon een prachtig schouwspel.

    Grt. José

    BeantwoordenVerwijderen