woensdag 27 juni 2012

Chinezen en autisten

Af en toe overkomt me iets vreemds. Bevind ik me in een situatie en vraag ik me af hoe ik er in hemelsnaam in terecht in gekomen ben. Meestal denk ik dat ik redelijk bij mijn verstand ben(al mogen anderen daar anders over denken) en de loop van mijn leven ´im Grif´ heb. Niets is dan minder waar. Het gekke is dat het me vaak niks kan schelen. Op zich al aardig verontrustend. 
Voorbeeld? Ik merk ´opeens´ dat ik in mijn fauteuil zit. Bord met warm eten op mijn schoot. Tv aan. Ik steek, vrij gedachteloos happen in mijn mond. Terwijl ik, van huis uit al, avondeten verorber aan tafel, al dan niet gedekt. En nu prop ik van alles tussen mijn lippen door. Ik val nog net niet om van verbazing door deze ontdekking. Het wordt nog echter nog erger. Voor mijn ogen zie ik de tv. Op de beeldbuis zit een man te praten en te lachen. Een belachelijk grote bril op. Even denk ik dat ik in mijn eigen verleden zit en dat mijn geest mij als een soort tijdmachine teruggeflitst heeft en ik het Journaal bekijk met Frits Thors. Dan zwiept het beeld naar een donkere man. En ik me realiseer dat ik RTL Boulevard zit te kijken. En die brildrager is de meest ongeloofwaardige tvfiguur zo´n beetje die ik ken. Naast hem zit een van de leukste mannen van de Nederlandse tv en sportwereld, Humberto Tan.


Het gekeutel en gedreutel gaat aan één stuk door. En ik realiseer me, dat IK DIT ABSOLUUT NIET WIL ZIEN. Ik wil die onzin niet in mijn oren en ik wil helemaal niks horen van het geroddel en halfslachtige berichtgeving van meneer Bril, de ´burgemeestersvrouw´ van Mestreech. Verbluft staar ik naar mijn bordje. Hoe kan dit? Wat is dit?
Andere momenten haal ik zelf aan. Ik zit in diezelfde fauteuil. Voor me mijn laptop. En ik speel een spelletje. Het heet Mahjong Titans. Een soort van Memory, maar dan voor gevorderden. Terwijl ik het icoontje aanklik, bedenk ik hoe ik het wil spelen. Er verschijnt een keuzemenu. Het spel is altijd het zelfde: zoek twee gelijke plaatjes en vorm er een paar mee. Die klik je dan weg. Veel mogelijkheden zijn mogelijk. Kaartjes met bolletjes, met staafjes, met wolken, met draken, kanarie´s, streepjes. Elke soort is er in verschillende kleuren, die moet je ook nog uit elkaar houden. De keuze voor je begint bestaat uit de vorm waarin de zooi je voorgeschoteld wordt. Wil ik een kasteel, een draak, een spin of een krab? Meestal kies ik voor het kasteel. Dan begint het spel. Wanneer ik een paar gevormd heb, valt dat weg. Daarbij komen geluidjes. Allereerst bij het neerleggen van het spel. Prrrt, prrrt, prrt klinkt het. Dan als ik twee kaartjes wegklik: een klik, een zoem. Die geluidjes geven me welhaast een lichamelijk gevoel van welvinden. Vrolijk ga ik verder. Soms als ik een paar maak, klinkt er een diepe zucht. Nee, niet van mij, maar vanuit het spel. Ik moet het hele spel overzien en de verschillende kleuren, soorten en getallen uit elkaar proberen te houden. Mijn hersenhelften maken overuren en de draadjes er tussen staan zo roodgloeiend als een ouderwetse telefooncentrale. Ik ben meestal bloedserieus. Wat er om me heen gebeurt, interesseert me stukken minder.  Ik klik dat het een lieve lust is. En kijk naar alle hoeken van het speelveld. Natuurlijk steeds sneller door oefening. Ondertussen klinkt klassieke muziek uit de radio(dat dan weer wel) Ik hoor b.v. een vaag bekend stuk op de achtergrond...terwijl ik driftig de boel opruim. Welk stuk, geen idee...Dan hoor ik, enkele klikken later...ergens op de achtergrond, dat het Solveigs lied was, uit de Peer Gyntsuite van Grieg, gezongen door de sopraan van André Rieu. O ja, natuurlijk denk ik afwezig.


Ik speel flink door, benieuwd of ik het spel uit krijg. Vanuit de verte ´roept´ het toilet, dat het wel een sopje kan gebruiken. Of de wasmachine piept dat de was klaar is. Ja, hallo, dat vind ik minder interessant nu. 
Telefoon die gaat? Boeien...Het nieuws dat er weer ´ergens´ een bank is gevallen? Een aardbeving met 2000 dooien. Het zal wel. De Paus kan van een vliegtuigtrap donderen. De koningin bevallen van een zesling. 3000 ontslagen in één dorp. Ik kan viervoudig miljonair worden. Kan..het zal best..
Nu even niet dus. Dit spel moet uit. En wel nu. Helemaal. De bevrediging die het oproept als ik zie, dat het gaat lukken, is met niks te vergelijken. Ik vraag me niet af of ik nog 60 wordt. Of ik ooit nog sex zal beleven. Of we morgen uit de recessie komen en allemaal 1000 euro op de rekening krijgen, terug van de Energie-bedrijven. Het is allemaal niet belangrijk.
Dit gaat natuurlijk nergens over. Ik zit hier te ordenen voor eigen gerief. Niemand die er wakker van ligt. Er valt niks mee te verdienen. Kosmisch gezien stelt het geen reet voor. Nee, u hoeft nog geen psycholoog te bellen. Ik voel een onbeschrijfelijk genoegen in het terugkerend rangschikken. Het opruimen. Kloppend maken. Ik weet dat er diep in mij een autistisch stuk schuilt, wat een levensgrote behoefte heeft aan rangschikken, structureren, etiketteren. Alleen niet in welk stuk van mijn brein die resideert. Ik laat hem af en toe los. Het is een hij en hij zetelt waarschijnlijk ergens aan de linkerkant van mijn kop. Maar er loopt ook een lijntje naar rechts...ergens.
Ooit is er een goocheme nerd geweest, die het wel een aardig idee vond om mensen zoals ik ter wille te zijn en ontwierp dit duivelse spel. Mooi vorm gegeven, lekker makkelijk voor dagelijks gebruik. Waarschijnlijk is die er schathemeltje rijk mee geworden.
En nog eerder was er een leipe Chinees, die op blokjes klei of hout figuurtjes ging tekenen. Hij legde ze te drogen. Een aantal dorpsgenoten hebben waarschijnlijk over zijn schouders mee zitten kijken en commentaar gegeven, niet wetende wat ´die gek´ aan het doen was. Misschien was die betreffende Chinees het eeuwige kaligraferen moe en wilde eens wat anders. Terwijl hij wel een heel vaste hand ontwikkeld had. En zo moeiteloos de figuurtjes schilderde op de vooraf gebakken mini-tabletjes. Toen alles klaar was, heeft men het spel daar gespeeld. Een paar kommen thee onder handbereik. En zo is het van dorp tot dorp gegaan en via steden naar Bejing. Al gauw aan het hof van de Keizer. 
Zo´n slordige 43 eeuwen heeft het er over gedaan, voor het gelinkt werd door die slimme nerd in zijn achterkamertje. En nu zit ik met de gebakken peren. Het alternatief is met mijn prak op schoot kijken naar Albert Verlinde. Waarom bleef die Chinees niet gewoon keurig kaligraferen, wordt de burgemeestersvrouw van Maastricht niet verplicht in de dienstwoning het personeel aan te sturen en vooral geen bijkomende werkzaamheden te ontwikkelen. Zodat ik zelf niet meer naar Umberto Tan kijk, maar keurig aan tafel mijn avondmaaltijden nuttig, zonder enige afleiding en meteen bij de eerste tonen van de radio kan opmerken. Heej, de 5e symfonie van Beethoven, wat leuk! Nou, omdat u dan geen stukjes krijgt op mijn blog om te lezen....Dus hieruit blijkt onomstotelijk en waterdicht dat het wel degelijk kosmisch nut heeft. En dat Chinezen en autisten helemaal niet zo raar zijn.Toch fijn om te weten, lijkt me.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten